Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op donderdag 09 februari 2017 om 02.10 uur

Geldig van zaterdag 11 februari tot donderdag 23 februari

Synoptische ontwikkeling:
Een hogedrukgebied boven Scandinavie trekt naar de Balkan en houdt
aanvankelijk een uitloper naar het zuiden van Scandinavie. De stroming
draait daardoor van oost naar zuid. Op 500 hPa ligt er aanvankelijk een
zadelgebied boven West-Europa. Vrijdag en zaterdag trekt een hoogtelaag
vanuit Frankrijk noordwestwaarts en later westwaarts, gaat over in een
hoogtetrog en gaat vervolgens op in het sturende hoogtelaag ten NW van
Spanje.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
De EC 0812 Oper en Eps uitvoer is consistent met die van vorige runs. De
eerste dagen is er onzekerheid over de bewolking. Actueel is in de
aanvoerrichting boven Duitsland veel bewolking aanwezig, het is onzeker
in hoeverre deze oplost. Indien meer bewolking aanwezig blijft dan in de
modeluitvoer heeft dit vooral gevolgen voor de minimumtemperatuur, die
dan duidelijk hoger blijft. (Lichte ipv matige vorst.)
Ten aanzien van het hoogtelaag dat vrijdag en zaterdag vanuit Frankrijk
cyclonaal noordwestwaarts trekt is de consistentie en daarmee de
voorspelbaarheid toegenomen. De neerslagkans is afgenomen en de neerslag
lijkt te bestaan uit dynamisch gevormde neerslag (sneeuw) aan de
voorzijde van het hoogtelaag/de hoogtetrog. De kans op significante (1-3
cm equivalent of meer) hoeveelheden is maximaal 15%. De kans op
langdurige accumulatie is niet groot omdat de maximumtemperaturen ruim
boven nul liggen.
In de loop van de komende week zien we in de gehele Eps uitvoer
duidelijke stijging van vooral de maximumtemperatuur, terwijl de
stroming wel aflandig blijft. De stijging wordt veroorzaakt door
subsidentie in combinatie met menging bij de middelgebergten en ook door
Foehn aan de noordzijde van het Alpengebied. De positie van de kern van
het hoog en daarmee de sterkte en richting van de stroming verschillen
wel wat.
Op de langere termijn neemt de spreiding in de stromingspatronen sterk
toe. In vrijwel alle leden is er een min of meer zonale stroming met
toenemende cyclonale invloeden en een vrij grote amplitude van de lange
golven waarbij de lengtepositie van het sturende rug/trogsysteem
uiteenloopt. Er zijn vrijwel geen koude leden meer. De rest laat een min
of meer zonale stroming zien. De hogedrukinvloed blijft aanvankelijk
overheersen. De kans op neerslag loopt na het weekeinde van de 18e op
naar ongeveer 50%.


Samenvatting meerdaagse-periode:
Perioden met zon en op de meeste plaatsen droog. Oplopende
temperaturen.

Samenvatting EPS-periode:
Geleidelijke overgang naar wisselvallig weer met temperaturen (ruim)
boven normaal.



Paraaf meteoroloog: huiskamp
Bron: KNMI