Guidance modelbeoordeling voor Nederland

06-02-2017 17:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 07 februari 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 06 februari 2017 om 17.44 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Vandaag bevindt het aandachtsgebied zich aan de rand van een zadelgebied
boven de zuidelijke Noordzee. Hierdoor is er sprake van een zwakke
oostelijke stroming met aanvoer van vochtige lucht in de grenslaag in de
noordelijke helft, in het zuiden is de lucht wat droger. Doordat het
zadelgebied zuidoostwaarts wegtrekt, komt het aandachtsgebied later
vanavond en vannacht in een zuidoostelijke stroming tussen een hoog
boven Scandinavie en een diepe depressie bij IJsland. Het uiterste
noordoosten komt hierdoor in wat drogere lucht terecht aan de
achterzijde van een zwak koufront. Een NW-ZO georienteerde occlusie
behorend bij het bovengenoemde laag bereikt dinsdag in de loop van de
ochtend het zuidwesten en trekt dan nog maar heel langzaam oostwaarts.
Doordat de stroming steeds oostelijker wordt, onder invloed van het hoog
boven Scandinavie, zal het front in de middag en avond weer
teruggedrongen gaan worden. Bovendien trekt een golfje in het front over
het zuiden van het land, waardoor het front kantelt en meer W-O komt te
liggen. Het noorden en midden komen daardoor het eerst in de koude
lucht, het zuiden waarschijnlijk pas in de nacht naar woensdag.

MODELBEOORDELING:
Belangrijkste aandachtspunten liggen vooralsnog in de grenslaag. Hirlam
overschat de wolkenbasis behoorlijk, de beide Harmonie-runs geven een
beteren indicatie, waarbij Harmonie36 teveel St berekent. Voor dinsdag
wordt de neerslagsoort een aandachtspunt, waarbij de modellen nu wel een
aardig consistent beeld schetsen van een gebied waar mogelijk wat
(lichte) sneeuw gaat vallen. Zoals vaak zien we dat de Harmonie36 de
eerste lichte neerslag onderschat, met een (iets) latere timing tot
gevolg. Doordat er op hoogte een westelijke stroming blijft staan, waait
de frontale kap er als het ware af. De frontale bewolking wordt dunner,
met toptemperaturen die mogelijk stijgen richting -10?C. Bij deze
waardes wordt de kans op onderkoelde motregen steeds groter. Door
opglijding over de koude luchtmassa die onderin van het oosten uit
aangevoerd wordt, zou er langer neerslag kunnen vallen dan de modellen
berekenen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Windveld van 6 Bft in de noordelijke kustdistricten tot 9 in Vikingbank.
Vanaf dinsdag neemt de windsnelheid overal geleidelijk af. 6 Bft in het
Waddengebied en 7 Bft nabij de Noorse Zuidkust blijft dan over op
woensdag.

BEWOLKING:
Op uitgebreide schaal Sc-velden onder een inversie rond 6000 vt, die
naar het zuiden toe relatief dun zijn. Verder in de noordelijke helft
ook St, lokaal lager dan 500 vt. In de nacht naar dinsdag Sc, in het
midden/noorden ook St, later vanuit het zuidwesten toenemende bewolking
van de naderende occlusie. De verdeling van de Sc is misschien nog wel
de meest onzekere factor. Modellen suggereren dat de Sc velden vannacht
wat dikker worden (we zien dan ook weer wat optilling plaatsvinden).
Dinsdag een bewolkt weerbeeld (Sc/St), bij de occlusie en zeker ook de
golf en in eventuele sneeuw. Noord van de Wadden Cu/Sc/TCu, toppen
FL070.



NEERSLAG:
Bij de occlusie dinsdag eerst regen, met name in een strook van de Kop
van Noord-Holland/Texel via Flevoland naar Twente/Achterhoek geven de
modellen een signaal voor wat lichte sneeuw. Het is wel zo dat op het
moment dat de kouadvectie onderin echt goed op gang komt, de activiteit
er in de avond meer en meer uitgaat. De stabiele frontale bewolking
wordt steeds dunner, maar zolang de toptemperaturen beneden -10?C
blijven is er kans op sneeuw. Wordt de bewolking nog dunner, maar is er
door coalescentie nog steeds neerslag dan moet er eerder aan onderkoelde
motregen gedacht gaan worden. Het is natuurlijk de vraag hoeveel er
blijft liggen. Gezien de meest lichte intensiteiten zal de eerste sneeuw
niet blijven liggen. Tweg ligt dinsdagmiddag nog ruim boven nul in het
gebied waar de eerste sneeuw verwacht wordt. Op of net na het moment dat
Tweg naar nul gaat, gaat ook de activiteit van de zone er meer en meer
uit. Uiteindelijk zou het lokaal kunnen blijven liggen, maar
accumulaties zijn niet groter dan 0,5 tot 1 cm. Noord van de Wadden
enkele buien. Toptemperaturen net beneden -10?C, dus (natte) sneeuw
mogelijk.

ZICHT:
In het noorden matig tot slecht. In opklaringen kan een mistbank
ontstaan, maar de opklaringen die later het noordoosten bereiken doen
dat tezamen met droge lucht, waardoor daar de kans op mistbanken dan
nihil geworden is. Ook staat hier te veel wind. In regen matig, in
sneeuw (mits de intensiteit niet heel laag is) matig tot slecht.

TEMPERATUUR:
Dinsdag in het noordoosten nog maar een fractie boven nul als maximum,
door het binnenkomen van koudere en aanzienlijk drogere lucht.
Wegdektemperaturen dalen dinsdagavond van het noorden uit naar waardes
onder het vriespunt. Daar waar regen gevallen is, zal gladheid door
bevriezing optreden. Net ten noorden van de wolkengrens kan ook nog
condensatiegladheid optreden. Naar het zich nu laat aanzien is er ten
noorden van de grote rivieren tot en met Zuid-Friesland en Zuid-Drenthe
dan kans op gladheid.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI