Guidance modelbeoordeling voor Nederland

05-11-2016 11:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 06 november 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 05 november 2016 om 10.56 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Rond een sturend laag boven de Duitse Bocht wordt met een zuidwestelijke
stroming maritiem polaire lucht aangevoerd. Rond dit laag is een
occlusie gedraaid die nu spoedig het zuidoosten van het land verlaat.
Ook op de westflank van het laag zijn occlusierestanten aanwezig die
vanavond en vannacht het land binnentrekken. Het eerder genoemde laag
draait rond boven de Duitse Bocht om dan morgen eind van de dag boven
het noorden van het land aan te komen. Daarvandaan trekt het laag dan
over het westen van het land zuidwaarts en komt maandagochtend boven het
westen van België aan.

MODELBEOORDELING:
Modellen komen op synoptische schaal vrij goed overeen vwb de eerste
24-26 uur. Daarna gaan ze iets uiteenlopen wat betreft de positie en
timing van het zuidwaarts trekkende laag. Ook in de neerslagpatronen
zijn wat verschillen te zien. Deels wordt dat veroorzaakt door het feit
dat de neerslag tamelijk convectief van karakter is, deels ook de
verschil in timing/positie van het laag.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Na passage van de occlusierestanten van vanavond een aantrekkende wind
met aan de kust 6 tot 7 Bft. Morgen aan de west en noordwestzijde van
het zuidwaarts trekkende laag een sterker wordend windveld. 8-9 Bft
boven de Noordzee, waarbij de 8 Bft morgenavond al of niet in onze
kustdistricten komt, afhankelijk van westelijk het laag zuidwaarts
beweegt. Vooralsnog lijkt het sterke windveld vooral buitengaats te
blijven en daarmee ook de bijbehorende (zware) windstoten, maar geheel
zeker is dit natuurlijk niet.

BEWOLKING:
Een tamelijk cumuliform beeld in de polaire lucht met Cu/TCu en Cb. Het
oosten blijft de eerste uren nog te maken houden met St. In de nacht
naar zondag kan, bij de tweede indraaiende occlusie, vooral verder
landinwaarts (oosten/zuidoosten) weer St ontstaan die dan overdag maar
moeizaam optrekt.

NEERSLAG:
Geïsoleerde, soms ook geclusterde buien met vooral boven het noorden en
ten noorden van ons land (koudste bovenlucht) kans op onweer, mogelijk
ook korrelhagel. Organisatiegraad: Single Cells. CAPE 200-400, shear
rond 10 kn. Zondagavond/maandagnacht zien we langs de westkust de CAPE
toenemen naar 400-700 kg/J, shear dan nog steeds rond 10 kn). Ook dan
weer onweerskansen, met name boven zee. Harmonie geeft af en toe
signalen.

ZICHT:
In het oosten lokaal nog matig. Verder in de polaire lucht goede
zichtcondities, in neerslag matig, lokaal slecht. Vannacht en morgen
vroeg lokaal kans op mistbanken, als de opklaringen maar langdurig
genoeg zijn en de wind voldoende afneemt. Het noorden lijkt daar de
meeste kans op te maken.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI