Guidance modelbeoordeling voor Nederland

29-10-2016 04:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 30 oktober 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 29 oktober 2016 om 05.31 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Het centrum van een hogedrukgebied ligt boven het noorden van Frankrijk
en Het Kanaal, verplaatst zich overdag langzaam noordwaarts en komt
vanavond boven het zuiden van het land te liggen. Zondag trekt het hoog
zuidoostwaarts met het centrum boven West-Duitsland. Een lagedrukgebied
op de Atlantische Oceaan trekt richting IJsland en het bijbehorende
zwakke frontale systeem ligt actueel (03 UTC) op de lijn Rotterdam -
Volkel. Het wordt gemarkeerd door een windsprong (zuidwest-noordwest) en
een markant verschil in dauwpunten (6 C om 12 C). Het front trekt
langzaam naar het zuidwesten, kantelt en stagneert en komt door het
wegtrekken van het centrum van het hoog naar Duitsland in de nacht naar
zondag weer als warmtefront het noordwesten binnen. Het warmtefront ligt
zondagavond NO-ZW georienteerd boven het zuid(oost)en van het land
waardoor het een groot deel van de land zich in de warme sector
bevindt.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch zitten de modellen op een lijn, maar kleine verschillen in de
exacte positie van het centrum van het hoog leiden tot verschillen in de
locatie van het front. Dit bepaalt waar stratus voorkomt, maar ook waar
eventuele opklaringen zich bevinden waarin dan weer mist(banken) kunnen
vormen. Voor de nacht naar zondag hebben de modellen een voorkeur voor
mist in de zuidelijke helft (opklaringen), Hirlam 00Z heeft ze i.t.t.
18Z ook in het noorden, blijkbaar is de frontale bewolking niet dik
genoeg om de uitstraling voldoende tegen te gaan.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Boven land weinig wind uit overwegend westelijke richtingen, ten noorden
van het front overwegend noordwest, ten zuiden van het front zuidwest.
Echter door uitstraling en stabilisatie is de wind ten noorden van het
front landinwaarts alweer gekrompen naar het zuidwesten. Het zal de
komende 48 uur niet eenvoudig zijn een duidelijke windrichting te geven.
Noordelijke Noordzee seinen voor 7 Bft, gaan er in enkele uren
waarschijnlijk uit.

BEWOLKING:
Bij en zuid van het front SC en lage ST, met het front naar het
zuid(west)en wegtrekkend en deels ook door subsidentie (het hoog komt
dichterbij) oplossend. In het noorden opklaringen, in het noordoostelijk
deel van de FIR ook SC-velden. Overdag CU/SC. In de nacht naar zondag
vanuit het noordwesten toenemende frontale bewolking, het midden en
zuiden houden nog lang opklaringen. Bij het warmtefront sterk toenemende
kans op (lage) ST. Dit breidt zich zondag verder over het land uit,
waarbij er een reële kans is dat het noorden de hele dag in de stratus
blijft zitten. Het front lijkt echter ergens boven de zuidoostelijke
helft te stagneren. Zondag vooral in het zuiden en zuidoosten perioden
met zon.

NEERSLAG:
Bij het front motregen a.g.v. coalescentie. In de nacht naar zondag is
het pakket wat dikker met toptemperaturen net iets onder nul. Nog steeds
wel hoofdzakelijk coalescentie dus.

ZICHT:
Bij en zuid van het front nevel, net iets ten noorden van het front in
opklaringen mistbanken. Verder noord van het front is beduidend drogere
lucht binnengekomen en met een geowind rond 15 kn worden hier niet of
nauwelijks zichtverminderingen verwacht. Later vanavond in het
zuidwesten al kans op mistbanken. In de nacht naar zondag op meer
plaatsen mist(banken), vooral in de zuidelijke helft waar de opklaringen
aanwezig zijn. In het zuidoosten lijkt dan weer zo weinig wind te staan
dat het meeste vocht neerslaat als dauw. Daar ook de laagste dauwpunten.
In het noorden bij het warmtefront nevelige condities (mogelijk ook
overdag), mist is niet helemaal uitgesloten door stratus aan dek, vooral
zondagavond.

TEMPERATUUR:
Harmonie wordt gevolgd omdat deze de dagelijkse gang bij opklaringen
over het algemeen beter beschijft dan Hirlam/EC. Tn in opklaringen 3-4
C. Wat betreft Tx verschillen de modellen niet veel, behalve door
verschillen in bewolking.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI