Guidance modelbeoordeling voor Nederland

07-05-2023 11:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 08 mei 2023 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 07 mei 2023 om 11.35 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een zuidelijke stroming voert zachte en vochtige lucht aan. Een
uitgebreide noordwest-zuidoost georienteerde (thermische) trog ligt
tegen het zuidwesten van ons land en trekt langzaam oostwaarts. Pas
maandagavond verlaat de vore het oosten van ons land. Vanmiddag en
-avond passeert van het westen uit een hoogtetrog. Een zwak koufront,
dat aan de westkant van de trog ligt, is herkenbaar aan een band met
veel vocht en lage bewolking. Maandag overdag trekt een duidelijk
herkenbare occlusie over de Britse Eilanden oostwaarts. In de nacht naar
dinsdag bereikt deze de westkust.

MODELBEOORDELING:
De modellen laten de vore boven zee helemaal vollopen met lage wolken en
mist. De synoptische setting hiervoor is gunstig; vochtige lucht boven
relatief koude zee met vrijwel geen menging in de grenslaag). Mogelijk
dat de uitgebreidheid iets wordt overdreven. Met het doortrekken van de
vore zien we deze slechte condities in de avond en nacht verder het land
opkomen overdag weer optrekkend agv dagelijkse gang. De westkust blijft
wel gevoelig voor mist van zee.
Ten aanzien van de convectie in de vanmiddag is er een aanzienlijke
onzekerheid. In de diverse uitvoer zorgen restanten van Frans convectief
systeem vanmiddag voor bewolking en regen, soms wat buiig van karakter.
Aan de randen van dit systeem kan het oplopen van de temperatuur of het
voorkomen van lokale convergentie voldoende zijn om enkele, buien te
laten ontstaan. Dit zijn dan buien met onweer waarbij ze in korte tijd
ook lokaal veel neerslag kunnen opleveren. Morgen middag zien we de
buien in de vore (die dan boven het oosten ligt) opnieuw opleven. Omdat
er dan in de bovenlucht een rug van hoge druk passeert zien we de
onstabiliteitsdiepte afnemen en daarmee de onweerskansen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Lokale (thermische) effecten bepalen het windpatroon. Bij de buien
lijken geen noemenswaardige windstoten voor te komen, maximaal 25 kn. Er
zitten vrijwel geen uitschieters meer in de Harmonie uitvoer.

BEWOLKING:
In het noordelijk kustgebied en ten noorden van ons land boven zee
stratus. Bij en ten oosten van het koufront in de vore op steeds grotere
schaal stratus. Deze bereikt eind van de middag of in de avond ook de
kust en trekt in het zuidwesten (aanlandige stroming) geleidelijk verder
het land in. Verder vanmiddag ook vorming van enkele Cb's tot FL280,
lokaal FL330 daar waar opklaringen zich voordoen en het dus warm genoeg
wordt of daar waar convergentie optreedt. Maandag overdag moet de
stratus oplossen, daarna convectieve bewolking, toppen van de Cb's, die
vooral in de oostelijke helft gaan ontstaan, tot ongeveer FL150, lokaal
FL200.

NEERSLAG:
De hoogtetrog is vooral debet aan het grootschalige regen gebied (soms
wat buiig van karakter). Daarbuiten zien we dat de temperatuur en/of
enige convergentie ook voor convectie zorgen. Cape vanmiddag rond 1000
J/kg. Weinig schering, circa 10 kn, dus single cell/pulse. Doordat buien
zich langzaam verplaatsen kan zeer lokaal zomaar weer veel neerslag in
korte tijd vallen, 20-50 mm. Maandag vooral in het oosten en noordoosten
nog een enkele bui, CAPE rond 700 J/kg. Onweerskansen zijn dan klein. EC
komt westelijker met de neerslag, maar kijkend naar de bijbehorende
progtemps is neerslag in het westen niet waarschijnlijk.

ZICHT:
Bij het koufront, aan de zuidwestkant van de trog, boven de Noordzee op
steeds meer plaatsen mist. Ontstaat mogelijk later dan de modellen laten
zien en mogelijk op (iets) minder uitgebreide schaal. Komende nacht ook
boven land (westen en zuiden) mistkansen. Deels advectief, maar ook
mogelijk stralingsmist. Lost maanda overdag weer op.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI