Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op vrijdag 21 april 2023 om 04.34 uur

Geldig van zondag 23 april tot vrijdag 05 mei

Synoptische ontwikkeling:
Een (hoogte)laag bij de Britse Eilanden trekt zondag richting de
Oostzee. Na het weekend zorgt datzelfde laag dat dan boven de Oostzee
ligt samen met een Atlantische rug boven Ierland voor een
noord(west)elijke stroming met aanvoer van koele polaire lucht. Vanaf
woensdag 26 april is de synoptische situatie onzeker. De oper laat in de
tweede helft van de volgende week de Atlantische rug samen met een
frontaal systeem oostwaarts over ons land trekken maar tegelijkertijd
bouwt het hogedruk op boven Europa waardoor het frontale systeem zwakker
wordt. Vrijdag 29 april komt er in een zuidwestelijke stroming een
storing voorbij en in het weekend van 29 en 30 april bouwt er een rug op
hoogte boven ons land op. Na het weekend van 29 en 30 april lijkt het
geblokkeerde regime een (lichte) voorkeur te hebben.


Modelbeoordeling en onzekerheden:
T/m halverwege volgende week is de onzekerheid niet heel groot met een
grote kans op temperaturen onder het langjarig gemiddelde door een
noord(west)elijke aanvoer. Vanaf halverwege volgende week wordt de
onzekerheid groter. Het lijkt erop dat het aantal leden met een zonale
stroming weer kleiner is geworden en de voorkeur meer uit gaat naar een
meer geblokkeerd regime. Dit heeft als gevolg dat de neerslagkansen in
de huidige run vanaf halverwege volgende week weer wat kleiner zijn dan
in de vorige run en dat de kans op temperaturen onder het langjarig
gemiddelde iets groter zijn geworden.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Wisselvallig, maar ook elke dag wel kans op zon. Geleidelijk afnemende
neerslagkansen. Vooral in de eerste helft van de volgende week lage
maximumtemperaturen, daarna geleidelijk iets warmer.

De kans op uitgifte van waarschuwingen is voorlopig niet groot.

Samenvatting EPS-periode:
Licht wisselvallig met dagelijkse neerslagkansen van 20-30%. De
temperatuursverwachting is onzeker, maar de kans op temperaturen rond
het langjarig gemiddelde is het grootst (50-60%).



Paraaf meteoroloog: tuenter
Bron: KNMI