Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 16 maart 2023 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 15 maart 2023 om 00.15 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een noordwestelijke stroming voert vrij koude en droge lucht aan. Boven
het midden en zuiden van ons land bevindt zich een trog met daarin
occlusierestanten. Een noordwest-zuidoost gerichte jet ten zuidwesten
hiervan trekt langzaam oostwaarts en lijkt ertoe bij te dragen dat dit
systeem actief blijft. De trog trekt vervolgens OZO en vanochtend
verlaat de trog het zuidoosten. Vanmiddag bereikt een zwakke ZZO-NNW
georiënteerde trekrug het westen. Deze trekt noordoostwaarts.
Woensdagavond verlaat deze trekrug het noordoosten en wordt de stroming
zuid tot zuidwest op nadering van een warmtefront. Het warmtefront
bereikt in de nacht naar donderdag het zuidwesten en verlaat
donderdagmiddag het noordoosten.

MODELBEOORDELING:
De trog met occlusierestanten ligt oostelijker dan in de modellen.
Plaatselijk wordt het na een stevige hagel- of nattesneeuwbui tijdelijk
glad. De timing van het warmtefront is nagenoeg gelijk in de diverse
uitvoer.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Conform modellen, EC iets te laag boven zee. Bij buien boven zee in het
noordoosten van de FIR nog kans op zware windstoten van 75-90 km/u.

BEWOLKING:
Bij de trog met occlusierestanten naast Cb's ook St, vooral bij (natte)
sneeuw mogelijk beneden 500 vt, vanochtend weer snel oplossend. Tot aan
passage van de rugas aanhoudend geïsoleerde Cb's (open cell convectie)
waarbij de toppen wel geleidelijk dalen vandaag overdag. Bij het
warmtefront Sc 2000-3000 vt, boven het westen van de FIR ook St 500-1000
vt.


NEERSLAG:
Winterse buien tot aan passage van de rugas. Mogelijk met onweer, hagel
en/of natte sneeuw, in een regime met 200-400 J/kg CAPE en 20 kn
effectieve schering. Boven zee (noordelijk deel van de FIR) duidelijk
meer energie (400-700 J/Kg). Bij de trog met occlusierestanten lijken de
buien wat meer geclusterd, waarbij de scherpe kantjes er wel wat van af
gaan.

ZICHT:
Slechtste zichten in sneeuw. Na passage van de trog laten sommige
modellen tijdelijk mist ontstaan. Dit zien we vaker gebeuren in de
modellen na (natte) sneeuwbuien, realistischer lijkt het om uit te gaan
van enkele mistbanken in het midden en zuid(west)en, na de buien aan het
einde van de nacht en in de vroege ochtend.

TEMPERATUUR:
De bewolking van de trog met occlusierestanten komt er vannacht al vrij
vroeg in voor de zuidelijke helft van het land. Dit tempert de afkoeling
van het wegdek. Eventuele gladheid daar zal moeten komen van een forse
sneeuw- of hagelbui, of eventueel van brede opklaringen die er net wat
eerder in komen na de buien. Verder in het noordoosten berekent het
wegdekmodel na de buien van vanavond brede opklaringen, waardoor de
wegdektemperatuur met name daar ook plaatselijk onder nul zou kunnen
komen met bevriezingsgladheid. De buiigheid gaat daar echter gewoon door
waardoor de kans op bevriezingsgladheid daar erg klein is.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI