Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 20 februari 2023 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 19 februari 2023 om 13.21 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een oost-west georiënteerde occlusie ligt boven het zuiden van
Flevoland. De occlusie trekt zuidwaarts en verlaat het zuidoosten aan
het begin van de avond. Voor passage is de lucht vrij vochtig (valse
warme sector). Na passage wordt van het noorden uit droge lucht
aangevoerd. In de middag passeert er van west naar oost een afvlakkende
trekrug. De trekrug wordt gevolgd door een noord-zuid georiënteerde
occlusie, die vanavond oostwaarts trekkend het noorden van de FIR
schampt. Een frontaal systeem ten zuiden van IJsland trekt intussen
oostwaarts. Het warmtefront hiervan bereikt maandag om 03 UTC
noordoost-zuidwest georiënteerd het noordwesten van het land en om
ongeveer 12 UTC het uiterste zuidoosten. Voor het warmtefront uit wordt
in de laagste niveaus vanuit Het Kanaal al vochtigere lucht
noordoostwaarts getransporteerd. In de warme sector trekt vanuit
Engeland een tweede thetaw850-maximum naar ons land, wat historisch
gezien te koppen valt aan het koufront dat gisteren ons land passeerde
en rondom het hogedrukgebied ten westen van de Golf van Biskaje weer
oostwaarts trekt als warmtefront. Dit front blijft tot in de ochtend van
dinsdag boven het zuiden van ons land slepen. Het koufront van het
IJslandse frontaal systeem bereikt maandagmiddag oost-west georiënteerd
het noorden van de FIR en trekt zeer langzaam zuidwaarts, waarbij de
oriëntatie kantelt naar OZO-WNW. Hierdoor komt dit koufront niet veel
zuidelijker dan het uiterste noorden en noordoosten van de FIR.

MODELBEOORDELING:
De modellen hebben de positie van de occlusie goed te pakken. Stratus
onder de 500 vt zien we alleen nog maar boven zee. Een belangrijker
aandachtspunt lijkt (turbulentie)stratus voor (vooral vanuit Het Kanaal)
en bij het warmtefront (en bij het historische front in de warme sector)
te worden in de nacht naar maandag en maandagochtend. De modellen
wisselen nog in de bedekking en laagte van de wolkenbasis maar het
signaal is sterk, ook voor stratus beneden 500 vt. Mistkansen lijken,
ook gezien de wind, klein te blijven. Wel lijken het oosten en zuiden
langdurig te maken te krijgen met deze stratus.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In loop van de avond neemt de wind toe op nadering van de frontale zone,
naar 6 Bft in de nacht naar maandag en 7 Bft maandagochtend. Daarna weer
afnemend.

BEWOLKING:
Vooral nabij de occlusie St, boven zee ook beneden 500 vt, al kan het
ook elders in de valse warme sector van tijd tot tijd ontstaan (met name
Limburgse heuvels). Na passage van de occlusie komen er opklaringen, al
wordt er boven land nog lange tijd Sc/Cu aangemaakt. Maandag bij en op
nadering van het warmtefront dus (turbulentie)stratus. Evenals in de
warme sector nabij het historische front. Later stijgt de wolkenbasis,
maar vooral het oosten en zuiden blijven gevoelig voor St.

NEERSLAG:
Bij de occlusie lichte (mot)regen. Achter de occlusie droog. In de warme
sector zou de bewolking plaatselijk dik genoeg kunnen worden voor wat
coalescentieneerslag als het "historische" front passeert. Bij het
koufront mogelijk plaatselijk lichte regen.

ZICHT:
Zichtverslechteringen als gevolg van neerslag en convergentie bij
fronten.

TEMPERATUUR:
Aanhoudend zacht voor de tijd van het jaar. De minimumtemperatuur wordt
vanavond gehaald. Daarna trekt de wind aan, neemt de bewolking toe en
wordt er geleidelijk ook warmere lucht aangevoerd.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI