Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 19 oktober 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 18 oktober 2016 om 00.46 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied tussen IJsland en Schotland koerst noordwaarts en
vult op. Bijbehorend koufront trekt zuidoostwaarts, bereikt
dinsdagochtend het westen van de FIR en passeert ons land in de loop van
de middag en eerste helft van de avond van west naar oost. Langs de
Engelse oostkust ontwikkelt zich in de loop van de middag een
kleinschalig laagje, dat zuidoostwaarts trekt en nog wat uitdiept. Dit
trekt woensdag 00 UTC over Amsterdam oostwaarts en vult vervolgens snel
op. Doordat op hoogte het laag inmiddels helemaal is afgesnoerd, draait
het oorspronkelijke laag woensdagochtend in cyclonale zin van noordwest
naar zuidoost over het land. Hier omheen is een occlusie gedraaid,
waarvan het NNW-ZZO georienteerde deel woensdag tot aan de middag boven
het westen en zuiden van het land blijft slepen. Op hoogte is een koud
laag aanwezig ten ZZW van IJsland en dit laag bereikt dinsdagavond het
noorden van de FIR, trekt OZO-waarts en ligt woensdagmiddag boven
Noord-Duitsland. T500 daalt hierbij naar waardes tussen -25 en -30
graden.

MODELBEOORDELING:
In de koudere polaire luchtmassa na passage van het koufront zien we
(relatief) kleine verschillen optreden in druk- en neerslagvelden.
Hirlam laat zoals vaker op deze termijn in deze luchtsoort makkelijk
meerdere kleine lagedrukgebieden ontwikkelen. Morgenavond is dat al
zichtbaar boven het noordwesten. Ook in de overige modellen zien we iets
dergelijks gebeuren, maar plaats en activiteit verschillen.
Woensdagochtend volgt een tweede laag en de koers en timing ervan is nog
niet duidelijk. De koers van Hirlam en EC verschillen overigens niet
zoveel. Harmonie36 is een uurtje of 2 trager, maar komt qua koers
redelijk met Hirlam en EC overeen. De boven beschreven verschillen
hebben wel gevolgen voor neerslag en wind.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Achter het koufront 6-7 Bft, in een gebied dat vanaf de Engelse oostkust
naar onze westkust loopt. Zuidwest van het eventuele kleine laagje van
dinsdagavond kan mogelijk 8 Bft gehaald worden. Hirlam/Harmonie/EC
suggereren vooral bij het laagje van dinsdag op woensdagnacht de
mogelijkheid van zware windstoten. Met name buitengaats, maar vooral
boven het noordwestelijk kustgebied. ECEPS, Harmonie-kanskaartjes,
alsmede GlamEPS komen met zeer geringe kansen. Meest waarschijnlijke
scenario is toch dat in het noordwestelijk kustgebied en het
IJsselmeergebied waardes van 60-60 km/uur gehaald kunnen worden. Het
windveld lijkt zich woensdagochtend meer naar de zuidwestkust te
verplaatsen.

BEWOLKING:
In het noordwestelijk kustgebied bij de trog Cb's met toppen soms rond
FL250. Verder is het de vraag in hoeverre en turbulentie-St ontstaat.
Hirlam18 geeft een fors signaal. Op het koufront Sc 2000 voet en enkele
ingebedde Cb's vanaf 1500 voet tot FL170. Achter het koufront wordt de
bovenlucht kouder en neemt de onstabiliteitsdiepte toe naar FL260. Ook
de occlusie bestaat uit Sc en ingebedde Cb's.

NEERSLAG:
Vanavond enkele geisoleerde buien. Op het koufront (onweers)buien. De
CAPE-waardes zijn gering, maar er staat wel veel schering (30-40
knopen). Enige organisatie/lijnvorming is waarschijnlijk. In de polaire
lucht zien we iets meer CAPE (lokaal 400-700 J/kg), maar op het moment
dat de progtemps maximale onstabiliteit laten zien is de schering 20-30
knopen. Convectieve modus dus nog steeds multicel. Aandachtspunt is de
neerslagsom. Het was al duidelijk zichtbaar in het ECEPS, die met 30-70%
kans komt op 10-30 mm in 24 uur, maar we zien dit ook terug in de
nieuwste modeluitvoer. De deterministische modellen doen er lokaal nog
een schepje bovenop, lokaal meer dan 20 mm op dinsdag.op woensdag, op
woensdag lokaal meer dan 40 mm. Zwaartepunt dinsdag waarschijnlijk in
het westen en noordwesten. woensdag meer boven het midden en mogelijk
ook zuiden (langzaam trekkende occlusie). De grotere hoeveelheden regen
hangen samen met een voortdurende aanvoer van buien.

ZICHT:
Kans op mist komende nacht is niet zo groot. Geowind neemt toe naar
25-30 knopen. TAFG komt ook met zeer kleine kansen. Verder standaard
zichtverslechtering in buien/regen.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI