Guidance modelbeoordeling voor Nederland

05-09-2022 04:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 06 september 2022 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 05 september 2022 om 06.01 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied ten westen van Ierland blijft de komende 48 uur min
of meer stationair. Aan de oostflank bevinden wij ons in een zuidelijke
stroming, waarin warme lucht wordt aangevoerd. Overdag hebben we aan de
westflank van een hoogterug boven Duitsland te maken met een in kracht
toenemende zuidwestelijke hoogtestroming. Een eerste noord-zuid
georienteerde buienlijn (thetaw850-rug) trekt overdag langzaam
noordwaarts over de zuidelijke Noordzee. Hier zit verder weinig
forcering op, maar mogelijk schampt deze Zeeland in de ochtend. Boven
het westen van Frankrijk ontstaat overdag een volgende thermische vore,
deze bereikt het zuidwesten van ons land in de loop van de avond. In de
nacht naar dinsdag trekt de vore noordoostwaarts over het land, gevolgd
door de restanten van een inactief koufront. Dinsdag overdag ontstaat
boven ons land een volgend thermisch laag/vore. De aangevoerde lucht is
achter het koufront wat droger. In de loop van de avond neemt de
cyclonaliteit in de bovenlucht toe.

MODELBEOORDELING:
De modellen verschillen nog in de convectieve signalen voor vanavond en
de nacht naar dinsdag. Het bovenluchtpatroon wordt in de loop van de dag
diffluent. In de Harmonies lossen de buien waarschijnlijk te snel op,
zoals vaak bij middelbare onstabiliteit, EC lijkt wat dat betreft
realistischer. We gaan uit van advectieve onweersbuien in met name de
zuidelijke helft, die verder naar het oosten toe deels oplossen en
overgaan in buiige regen, met een afnemende kans op onweer en
windstoten. België en het uiterste zuiden van ons land liggen dan
tijdelijk onder de linker-uitgang van de jet, wat het in stand houden
van de buien mede kan verklaren. Belangrijkste fenomeen zijn
waarschijnlijk de eventuele windstoten. De treksnelheid van de
individuele cellen lijkt te groot om voor hele grote
neerslaghoeveelheden te zorgen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Alle Harmonie-versies berekenen (zware) windstoten (t.g.v. water loading
en verdamping) op de buien die overdag boven het noorden van Frankrijk
ontstaan en vervolgens in de avond ONO-waarts trekken. De zwaarste
windstoten worden voortdurend boven België berekend, zeer lokaal zelfs
(Ha40) 100-120 km/uur. KEPS komt vooralsnog niet verder dan 5-10% in de
zuidwestelijke provincies, dus de kans op zware windstoten (oranje)
lijkt voorlopig klein maar blijft een aandachtspunt. Windstoten van meer
dan 60 km/uur acht ik wel aannemelijk, de modellen geven dit nu
consistent voor met name Zeeland en het westen van Noord-Brabant (code
geel).

BEWOLKING:
In de loop van de middag langs de noordoostgrens bij de oude vore ook
kans op Cb's met toppen tot FL200-250. Toppen van de Cb's later
vanmiddag/vanavond in het zuidwesten mogelijk FL300-350, dit kunnen ook
restanten zijn van Cb's die in de middag boven Frankrijk zijn ontstaan.
Morgen vergelijkbare toppen.

NEERSLAG:
Overdag op een eerste convergentielijn mogelijk al een enkele
(onweers)bui mogelijk boven Zeeland, en wellicht ook op een 'oude' vore
langs de noordoostgrens. Daar trekken de buien traag en is zeer lokaal
20+ mm mogelijk, CAPE ruim 1000 J/kg, maar weinig schering. De buien die
het zuidwesten in de (loop van de) avond advectief bereiken zijn boven
Frankrijk ontstaan in een gebied met hoge CAPE-waarden (ca. 2000 J/kg)
en een schering van 20-30 kn, dit kunnen dus wat beter georganiseerde
multicells zijn. Bij deze buien is onweer, en mogelijk ook hagel,
waarschijnlijk. Deze buien zullen vanwege het diffluente hoogtepatroon
en de tegenwerkende dagelijkse gang boven ons land vrij snel in elkaar
zakken. Bovendien wordt het buiengebied als het ware uit elkaar
getrokken. Het zuiden maakt de grootste kans op buien die een groot deel
van de avond en begin van de nacht overleven (meeste schering, CAPE
aanvankelijk 500-1000 J/kg). Mogelijk speelt ook de linkeruitgang van de
jet een rol.
Dinsdagmiddag in het oosten een geïsoleerd warmte-onweer, CAPE is dan
1000-1500 J/kg, schering 20-25 knopen, mogelijk een enkele multi-cel.
Waarschijnlijk pas in de avond op nadering van een hoogtetrog verhoogde
buienactiviteit in het westen. Effectieve schering is dan 20-25 knopen.

ZICHT:
Overwegend goede zichtcondities. Zeer plaatselijk nevel/grondmist.
Vanavond tijdens zwaardere buien uiteraard kortdurend teruglopende
zichten.

TEMPERATUUR:
Landinwaarts ca. 30°C.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI