Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 06 mei 2022 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 05 mei 2022 om 00.41 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied noordwest van het Iberisch Schiereiland heeft een
zuidwest-noordoost georienteerde rug boven Nederland, welke aan het
einde van de nacht het oosten van het land verlaat. Een occlusie boven
de Noordzee beweegt tezamen met een frontale vore oostwaarts en beweegt
overdag van west naar oost over ons land. De frontale vore verdwijnt al
ten westen van ons land en er vormt zich geleidelijk opnieuw een
zuidwest-noordoost georienteerde rug ten noordwesten van ons land. Bij
en ten westen van de occlusie is de lucht in de grenslaag aanzienlijk
vochtiger. De rugas beweegt in de nacht naar vrijdag zuidoostwaarts over
ons land waardoor het vrijdag overdag zich net ten zuidoosten van ons
land bevindt, de stroming wordt dan zwak westelijk. Vrijdagavond trekt
een koufront, behorend bij een laag boven de Noorse Zee, het noordwesten
van de FIR en bereikt aan het begin van de nacht naar zaterdag de
noordwestkust.

MODELBEOORDELING:
De belangrijkste aandachtspunten zijn de mist en stratus die zich op de
zuidelijke Noordzee gaat vormen ten westen van de occlusie. HAP1 is het
snelst met het ontstaan ervan en het meest enthousiast in de
uitbreiding, HAP2 en HA43 volgen iets later. EC volgt beduidend later en
laat de mist/stratus pas in de nacht naar vrijdag het land binnenlopen,
iets wat de Harmoniemodellen al in de eerste helft van donderdagavond
doen. De uitgestrektheid van het veld en de snelheid waarmee het
vrijdagochtend boven land oplost is een onzekerheid, HAP1 is hierin met
11 UTC het traagst. HAP1 laat ook als enige nog een mistveld op de
Noordzee aanwezig, terwijl deze in de andere modellen geleidelijk
verdwijnt. Naast de genoemde onzekerheden in de timing en de mate van
uitbreiding is het ook lastig om aan te geven wat in het gebied het om
lage stratus gaat en waar om echte mist (stratus aan dek).

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen bijzonderheden.

BEWOLKING:
Vannacht boven land naast opklaringen lokaal ook As/Sc-bewolking, bij de
occlusie meer bewolking,Sc/Ac/As, welke overigens niet al te massief is.
Bij en west van de occlusie op de Noordzee vooral nabij vore geleidelijk
steeds meer stratus, die mogelijk tot aan of nabij het oppervlak komt.
De frontale bewolking bereikt vannacht al het zuidwesten van het land en
overdag trekt deze het gehele westen van het land binnen. Doordat de
bewolking niet al te massief is zal deze bewolking in de loop van de dag
overgaan is Cu-bewolking en zal er ook ruimte zijn voor de zon. In de
middag kan er lokaal een TCu/CB tot ontwikkeling komen, toppen lijken
niet hoger te komen dan FL100. Het mist/stratusveld boven de Noordzee
reikt in de middag nog niet verder dan de stranden langs de westkust.
Door de dagelijkse gang zal de mist/stratus in de avond het land oplopen
en zich in de loop van de nacht naar vrijdag over het gehele land kunnen
uitbreiden. Vrijdagochtend zal de mist/stratus geleidelijk oplossen,
waarna er in de middag nog wat ondiepe Cu-bewolking kan ontstaan.
Vrijdagavond van het noordwesten uit van de FIR weer toenemende frontale
bewolking op nadering van het koufront, hier lijkt vooralsnog geen
stratus bij te zitten.

NEERSLAG:
Bij de occlusie zeer lokaal wat regen, vanmiddag lokaal een geïsoleerde
bui, grootse kans daarop in het westen, midden en zuiden van het land.
Op het koufront vrijdagavond af en toe regen, deze lijkt de
noordwestkust aan het begin van de nacht naar zaterdag te bereiken.

ZICHT:
Zie ook modelbeoordeling en bij bewolking.

TEMPERATUUR:
Modellen kunnen gevolgd worden, verder geen bijzonderheden



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI