Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 04 februari 2022 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 03 februari 2022 om 10.43 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
We bevinden ons in een brede warme sector in een westzuidwestelijke
stroming. Enige kouadvectie op hoogte tijdelijk voor een wat dikkere
grenslaag met een neutrale tot licht onstabiele opbouw, waarin wat
gemakkelijker coalescentieneerslag kan ontstaan. Een NO-ZW georiënteerd
koufront (anafront), met daarbij een scherpe grondtrog, bereikt vrijdag
tegen de middag het noordwesten, trekt oostwaarts en verlaat het oosten
en zuidoosten in de tweede helft van de middag. Het koufront wordt
vrijdagavond gevolgd door een hoogtetrog (-37°C op 500 hPa boven de
noordelijke helft van het land).

MODELBEOORDELING:
De aandacht gaat voorlopig uit naar de grenslaag. We zien de
gebruikelijke verschillen tussen de modellen. HA40 heeft te weinig St,
de overige modellen te veel. Het tijdelijk dikker worden van de
grenslaag vandaag is goed in de dwarsdoorsnedes te zien. De modellen
zijn opvallend eensgezind over de timing van het koufront van vrijdag.
HA40 onderschat waarschijnlijk de buien bij de hoogtetrog op
vrijdagavond.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Eerst nog 6 Bft aan de westkust. Vanavond en in de nacht naar vrijdag
geleidelijk 6-7 Bft op nadering van het koufront, bij het koufront zelf
is ook 8 Bft mogelijk. Er is een kans op zware windstoten bij dit
koufront, HA40 (en dus ook KEPS) en HA43 hebben dit landinwaarts ook
voor het zuidoosten van ons land. HAP1 en EC (ECEPS lage kansen) hebben
dit in mindere mate en van Ha40 is bekend dat de windstoten vaak te hoog
zijn. De maximale windstoten treden overigens kortdurend op, mogelijk
slechts een periode van 10-20 minuten. De treksnelheid van het koufront
is maximaal 50 km/u, dit lijkt voor de zuidelijke Noordzee vooralsnog
onvoldoende om Proudman-resonantie (seiches/meteotsunami) op te wekken.

BEWOLKING:
In de warme sector gaat de aanmaak van stratus door,
convergentie/opglijding en ook in motregen. Het westen van de FIR blijft
overwegend St-vrij en heeft pas bij het koufront weer met St te maken.
Bij de hoogtetrog van vrijdagavond CB's met toppen van FL200-FL250.

NEERSLAG:
In de warme sector is de bewolking dik genoeg voor coalescentieneerslag,
vooral landinwaarts. Het beeld is echter wisselend. Bij het koufront een
lijn met overwegend matige regen en motregen, vooral in het noorden en
oosten bij het koufront kans op natte sneeuw. Convectief lijkt de
frontale neerslag niet te zijn. Achter het koufront geïsoleerde buien
bij de hoogtetrog, waarbij fellere buien met korrelhagel en mogelijk ook
sporadisch onweer gepaard gaan. Landinwaarts is ook wat natte sneeuw
mogelijk. Effectieve windschering zit rond 20 kn, CAPE boven zee rond
500 J/kg, boven land uiteraard lager. Organisatiegraad is dus niet
bijzonder.

ZICHT:
In de warme sector geregeld motregen met daarin matig tot slecht zicht,
buiten neerslag overwegend goed zicht. Bij het koufront matig tot slecht
zicht in de neerslag, ook in een bui achter het koufront.

TEMPERATUUR:
Op het koufront een scherpe temperatuurdaling op vrijdagmiddag, lokaal
naar 2°C. In de nacht naar zaterdag vooral in het zuidoosten kans op
bevriezingsgladheid.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI