Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 27 december 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 26 december 2021 om 10.41 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Boven ons land ligt een brede WNW-OZO georiënteerde barocliene zone die
de grens markeert tussen continentaal arctische en zachte lucht.
Thetaw850 = 5-6°C komt overeen met wat van origine een koufront was en
vandaag langzaam noordoostwaarts gaat bewegen als warmtefront. Dit
zwakke, nauwelijks actieve warmtefront ligt nu boven het zuiden en
verlaat pas in de nacht naar maandag het noordoosten. Een NW-ZO
georiënteerde occlusie boven West-Belgie loopt hier op in en na passage
stroomt beduidende zachtere en vochtiger lucht het land binnen. De
occlusie wordt nog gevolgd door een hoogtetrog. Maandag bereikt een
volgende storing het zuiden, die gaat gepaard met nog wat zachtere en
vochtiger lucht.

MODELBEOORDELING:
De potentie voor regen op een bevroren ondergrond en/of onderkoelde
neerslag blijft aanwezig met de nadruk op het noorden komende nacht. In
feite is dit beeld redelijk consistent de afgelopen tijd. Verder
zuidwaarts is de kans op gladheid afgenomen, met name omdat het zwakke
warmtefront niet of nauwelijks neerslag lijkt te produceren. Hogere
neerslagintensiteiten zijn te vinden op de occlusie, al neemt ook
daarvan geleidelijk de activiteit af. Dat het wegdek nog onder nul is
als deze neerslag arriveert lijkt voor het noorden redelijk zeker,
elders is dat onzeker als gevolg van bewolking. Het wegdekmodel, gevoed
door Ha40-Hap2, mist bijv. de Sc-bewolking bij het warmtefront. Verder
speelt nog mee dat onder heldere condities de dagelijkse gang
waarschijnlijk groter is dan alle modellen berekenen. Dit alles bepaalt
de uitgangspositie voordat de neerslag bij de occlusie, mogelijk nog bij
het warmtefront, gaat vallen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen bijzonderheden, conform modeluitvoer.

BEWOLKING:
Modellen hebben moeite met representatie van bewolking bij het
warmtefront. Ha43 geeft het beste beeld momenteel. Dat heeft invloed op
de (wegdek)temperaturen en dus op het optreden van mogelijke gladheid.
Bij de occlusie sterke signalen voor lage stratus en mogelijk mist
(vochtige lucht over een relatief koud oppervlak). Kansen op mist
opgenomen in de diverse verwachtingen. Maandag is er enige onzekerheid
hoe snel de condities in het noorden verbeteren, vooral in het
noordwesten en noorden is er lang kans op mist. Representatie van de
volgende storing is redelijk consistent in de modellen

NEERSLAG:
Nabij het warmtefront is motregen nog steeds niet helemaal uit te
sluiten. Dit zou in de avond zeer plaatselijk tot gladheid kunnen leiden
in het noorden en oosten. Dit gaat dan om gladheid door neerslag op een
bevroren wegdek. Vannacht zien we in het noord(oost)en in de profielen
een ijsdriehoek verschijnen. Onderin de atmosfeer is de kans op
negatieve temperaturen vrij groot (>60% kans), smeltlaag lijkt dik
genoeg (twb 2-3°C). Onzekerheid zit hem nu vooral in de
neerslagintensiteiten bij de occlusie. NESO-uitvoer is illustratief,
moet natuurlijk ook consistent zijn met profielen e.d. Het beeld is nu
dat er grofweg boven de lijn Den Helder - Doetinchem neerslag op een
bevroren ondergrond kan vallen (zowel bij warmtefront als occlusie),
plaatselijke gladheid. Grootschalige gladheid is mogelijk in het
noord(oost)en a.g.v. onderkoelde neerslag. Maandag af en toe regen en
motregen, conform modeluitvoer.

ZICHT:
Bij de occlusie stroomt vochtiger en zachtere lucht over een relatief
koud oppervlak uit. Vooral in het midden en noorden kans op mist.

TEMPERATUUR:
In heldere condities sterkere dagelijkse gang dan alle modellen
berekenen. Verder een kwestie van nowcasten hoe de bewolking nabij het
warmtefront gaat ontwikkelen en hoe dat invloed heeft op de
wegdektemperaturen.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI