Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 13 september 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 12 september 2016 om 17.00 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoog boven de Oostzee verandert nauwelijks van plaats. Komende nacht
vormt zich boven de Golf van Biskaje een laag dat uitdiept in de loop
van morgenavond boven Bretagne uitkomt en daarna tot het einde van de
run (woensdag 06 UTC) stationair blijft. Boven ons land komt komende
nacht tijdelijk een zwakke vore te liggen.

MODELBEOORDELING:
Komende nacht kan het zicht vooral in de vore (het midden en noorden van
het land) weer teruglopen in de vorm van nevel en mistbanken.
Aandachtspunt voor morgen is een eventuele zeer geïsoleerde regen- of
onweersbui in de namiddag of avond, momenteel lijkt dit echter
onwaarschijnlijk. EC heeft voor het zuidoosten een zwak (en ruizig)
kortdurend signaal. Harm38 berekent wel enkele buien boven de Eifel die
ons land niet bereiken.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Actueel boven Fladengronden/Viking nog enige tijd zuid 7 Bft. Verder
geen Noordzee of kustseinen, dinsdag verdwijnen deze seinen. Aan het
begin van de avond aan zee hier en daar zeewind, wordt goed door de
modellen opgepikt. Morgen is de kans hierop erg klein vanwege iets meer
gradiënt.

BEWOLKING:
Boven land in wat Cu, met name op de convergentie langs de kust, lost
vanavond snel op. Gedurende komende nacht en morgenochtend lijkt er van
het zuiden uit over het uiterste zuidwesten dikterugbewolking te
trekken. Hirlam suggereert zelfs een wat lichte regen, maar de lucht
onder middelbare bewolking is te droog. Morgenmiddag een kleine kans op
een solitaire CB's, zie bij neerslag. Als de Cb's ontstaan ligt de basis
rond 7000 vt en komen de toppen wel gelijk tot FL400.

NEERSLAG:
Morgen is de ontwikkeling van een enkele regen- of onweersbui in de loop
van de middag niet helemaal uitgesloten, progtemps zijn onstabiel vanaf
de grond. Daarentegen is de lucht in de grenslaag erg droog. Boven land
gaat de SBCAPE richting 2000-3000 J/kg, SBCIN komt uit op 0 à -20 J/kg.
Kijkend naar de progtemps zien we dat de mengverhouding in het algemeen
afnemen met de hoogte en dat de menglaag (vanwege de tijd van het jaar)
vrij ondiep is. Hierdoor zijn SBCAPE en SBCIN niet bepaald
representatief voor de menglaag. Verticale windschering is gering, orde
10 kn. Eventuele bui zal dus een single cel of pulse storm zijn, die
waarschijnlijk niet lang blijft bestaan. Op hoogte zien we morgen later
op de dag ook een toenemende anticyclonaliteit, wat de kans op een bui
eveneens klein maakt. Opvallend is dat INDECS met ca. 60% een hoge kans
op onweer geeft, ook de voorwaardelijke kansen op meer dan 50 ontl. in 5
minuten in SGG is met ca. 40% nog significant te noemen. Harmonie
daarentegen geeft helemaal geen signaal voor onweer.

ZICHT:
In het noorden van de FIR lokaal matige zichten, het verschil tussen
dauwpunten en zeewatertemperatuur blijft daar voorlopig klein. Komende
nacht boven land vooral in het midden en noorden hier en daar nevel en
enkele (ondiepe) mistbanken met een geowind < 15 kn in de vore.

TEMPERATUUR:
Morgen een gemiddelde maximumtemperatuur van 30°C met in het zuidoosten
al uitschieters naar 32°C. Vannacht Tn 17 of 18°C.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI