Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HARMONIE run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 26 november 2021 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 25 november 2021 om 05.01 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoog boven Midden-Europa heeft een uitloper naar het uiterste zuiden
van Nederland. De stroming in de grenslaag is zuid tot zuidwest. Boven
het westen ligt een convergentielijn. Een lagedrukgebied trekt over het
zuiden van Scandinavië zuidoostwaarts. Het koufront is goed herkenbaar
(theta-w 850 hPa 6°C ) en trekt in de ochtend over Nederland
zuidoostwaarts. Na de frontpassage wordt de stroming noordwestelijk en
komen we in droge polaire lucht. Het koufront wordt voorafgegaan door de
(in activiteit afnemende) convergentielijn en in de middag gevolgd door
een kortgolvige hoogtetrog. In de nacht naar vrijdag wordt de stroming
westelijk. Een (hoogte)trog bereikt in de loop van de nacht het westen
en trekt in de (vroege) ochtend over Nederland oostwaarts. Vrijdag
overdag trekt een complex lagedrukgebied met meerdere kernen over de
Noordzee zuidzuidoostwaarts. De occlusie (theta-w 850 hPa band van
5-6°C) bereikt vrijdagavond de westkust en trekt, in betekenis
afnemend, oostwaarts. De occlusie wordt gevolgd door een trog die vooral
aan de kust actief is. Bij de trog vormt zich een (aanvankelijk sterk
zuid-noord georienteerde) lagedrukkern.

MODELBEOORDELING:
Aanvankelijk is de beschrijving van de grenslaag het bepalende fenomeen.
Het gedeeltelijk oplossen van de SC-velden boven het zuidoosten zit min
of meer in alle uitvoer, maar de details verschillen. Daarmee verschilt
ook de vorming van mist(banken). We gaan er nu van uit dat in het
zuidoosten mist(banken) voorkomen. Bij het koufront kan ST voorkomen,
maar niet zo grootschalig als in de Hap1 uitvoer. In alle uitvoer vormt
zich in het zuidoosten in de nacht naar vrijdag opnieuw ST en mist. Dit
is realistisch, alleen de noordwestelijke begrenzing is nog onzeker. Bij
de occlusie is de opbouw stabiel en is er in alle uitvoer een duidelijk
signaal voor ST, vaak lager dan 500 vt. In veel uitvoer is er vrijdag
landinwaarts een (zwak) signaal voor natte sneeuw. Dit zal niet tot
accumulatie leiden.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Uitvoer is bruikbaar. Vrijdag ZZW 7, ten N van de Wadden mogelijk 8 Bft
(alleen in de Harmonie uitvoer). Windstoten van >75 km/uur alleen op de
Waddeneilanden.

BEWOLKING:
Bij het koufront lokaal ST. Convectieve toppen ten N van het koufront
tot FL100-120. De neerslag bij de trog van vrijdag is een combinatie van
ondiepe convectie (FL100) en enige inzaaiing. Bij de occlusie dikke
gelaagde bewolking, stabiele opbouw met vorming van ST. Buien bij de
trog van vrijdagavond gaan langs de kust tot FL280, hagel en onweer zijn
waarschijnlijk.

NEERSLAG:
Bij de trog van vrijdagochtend is landinwaarts natte sneeuw niet
uitgesloten, (natteboltemperatuur 1-2 °C ) maar het zal niet tot
accumulatie leiden. Vrijdagavond is de natteboltemperatuur landinwaarts
nog wat hoger (2-3 °C ) en is de intensiteit ook niet groot genoeg voor
accumulatie. Door convergentie activeert de occlusie bij de kust sterk,
aan de noordwestkust valt plaatselijk 20-40 mm neerslag. Bij de buien
vrijdagavond aan kust is wel hagel mogelijk, maar de buien komen niet
ver landinwaarts. CAPE is daar 500-700 J/kg, effectieve schering 10-15
kn, organisatie zal vooral van convergentielijnen moeten komen.

ZICHT:
In het zuidoosten nog een kleine kans op mistbanken. In de nacht naar
vrijdag in het zuidoosten grote kans mist(banken).

TEMPERATUUR:
Actueel in het zuidoosten en oosten soms nog enige graden verschil met
de uitvoer vanwege verkeerde representatie van de bewolking. In de nacht
naar vrijdag in het ZO lokaal nog dichtbij nul, afhankelijk van
opklaringen, gladheid lijkt niet waarschijnlijk, bruggen in Limburg zijn
bovendien ook gestrooid.



Paraaf meteoroloog: Huiskamp
Bron: KNMI