Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op zondag 07 november 2021 om 03.22 uur

Geldig van dinsdag 09 november tot zondag 21 november

Synoptische ontwikkeling:
Het centrum van het hoog ligt dinsdag boven Polen en trekt langzaam
oostwaarts weg maar houdt in ieder geval tot en met donderdag een
uitloper richting Frankrijk. De stroming blijft zwak uit een zuid- tot
zuidwestelijke richting. Aan de noordflank van deze hogedrukgordel trekt
rond woensdag nog een zwakke frontale zone over de Noordzee oostwaarts
en schampt daarbij misschien het noorden van ons land. Zaterdag snoert
zich boven de Noordzee mogelijk een hoogtelaag af dat via onze omgeving
zuidwaarts beweegt en in de loop van zondag samensmelt met een
lagedrukgebied boven de Middellandse Zee. Tegelijkertijd ontwikkelt zich
boven de westrand van Europa een sterke hoogterug op die zich uitstrekt
van Portugal, via de Britse Eilanden tot aan de Noorse Zee. Aan de grond
ontwikkelt zich een krachtig hogedrukgebied boven Scandinavie. De
stroming draait door deze ontwikkeling tijdelijk naar oostelijke
richtingen en wordt er koudere continentale lucht aangevoerd. Na het
volgende weekeinde zakt het hoog wat zuidoostwaarts weg richting
Oost-Europa, maar het houdt een verbinding met een nieuw Atlantische
hoog ten westen van de Britse Eilanden. De koudere lucht lijkt zich dan
mogelijk een aantal dagen te kunnen handhaven.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
In grote lijnen lijkt de hierboven beschreven synoptische ontwikkeling
ondersteund te worden door de meeste leden van het ensemble. De exacte
positie van het hoog (de rugas) zorgt vanaf woensdag voor een
onzekerheid in de windrichting, de wind is sowieso zwak. Door de
hogedrukinvloed is de neerslagkans tot en met het volgende weekeinde
klein, al zien we rond woensdag vooral in het noorden wel een iets
hogere neerslagkans vanwege de zwakke frontale zone. Door de onzekerheid
in de hoeveelheid bewolking is er ook een onzekerheid in de
minimumtemperatuur, de maxima liggen tot en met zaterdag rond het
langjarig gemiddelde. Donderdag en vrijdag is er in de nacht en ochtend
wel een kans op (dichte) mist, ca. 30% kans, de mistkans is uiteraard
afhankelijk van de opklaringen. Vanaf het komende weekeinde neemt de
onzekerheid duidelijk toe. Het scenario van het overtrekkende hoogtelaag
op zaterdag wordt door 20-30% van het ensemble ondersteund, de overige
leden houden het gewoon droog. Hoe koud het vanaf zondag wordt hangt af
van de exacte positie van het opbouwende hoog en de hoeveelheid
opklaringen, we zien dan ook een vrij grote spreiding in de positie,
daarmee de windrichting en daarmee ook de temperatuur. Begin volgende
week zien we een ca. 30% kans op lichte vorst in de nacht en vroege
ochtend en maxima die dan ruim beneden de 10?C liggen. Er is een
handvol leden die zelfs maxima beneden de 5?C laat zien. Toch is deze
overgang naar een kouder weertype nog lang niet zeker, er zijn namelijk
ook oplossingen met een westelijke stroming met meer wisselvalligheid en
meer wind, de kans hierop bedraagt 30-40%.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Dinsdag droog met zonnige perioden, verder rustig herfstweer met soms
wat lichte regen en temperaturen rond het langjarig gemiddelde. Op
donderdag en vrijdag is er in de nacht en vroege ochtend een kleine kans
op (dichte) mist.

De eventuele (dichte) mist op donderdag en vrijdag kunnen mogelijk
aanleiding geven voor een waarschuwing.

Samenvatting EPS-periode:
Aanvankelijk is er een vrij grote kans (ca. 60%) op een rustig en droog
weertype met overdag geregeld zon en in de nacht en vroege ochtend
mogelijk lichte vorst en overdag temperaturen (iets) onder het langjarig
gemiddelde. Op de langere termijn neemt de kans op een wisselvalliger
weertype geleidelijk toe naar 30-40%.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI