Guidance modelbeoordeling voor Nederland

05-09-2016 04:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 06 september 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 05 september 2016 om 04.59 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een laag boven de zuidelijke Oostzee trekt verder zuidoostwaarts en vult
op. Een ingedraaide occlusie rond het laag ligt boven het midden van het
land. De occlusie trekt langzaam zuidwaarts over het land, in de ochtend
trekt ook het noordelijke deel van de ingedraaide occlusie het land
binnen. Op dagelijkse gang en onder invloed van subsidentie dankzij de
(hoogte-)rug die er van het westen uit in komt, moet de occlusie zijn
activiteit en structuur verliezen waar het op dagelijkse gang moet gaan
verdwijnen. Boven het uiterste zuiden nog een ligt nog een tweede
occlusierestant. Aan de grond komt een rug -- een uitloper van het
Azorenhoog -- dichterbij. Overdag ontstaat er een verbinding met een
hoog boven Noorwegen, morgen komt de as van de rug ten oosten van ons
land te liggen. Een Atlantisch laag koerst intussen richting IJsland en
bijbehorend frontaal systeem stagneert morgen boven het westen van de
FIR.

MODELBEOORDELING:
De synoptische situatie zit eenduidig in de modellen. Aandachtspunten
voor de komende periode zijn de neerslag vanochtend, de ST bij de
ingedraaide occlusie en de mistbanken voor komende nacht. De modellen
zitten voor deze fenomenen behoorlijk op een lijn. Daarnaast zijn er
verschillen in de meest oostelijke positie van het warmtefront behorend
bij het Atlantische Laag. Hierin wel wat verschillen tussen de modellen.
De vraag is in hoeverre het (zuid-)westen met (lage) bewolking (mist?)
hiervan te maken krijgt.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen seinen.

BEWOLKING:
Op veel plaatsen een laag CU/SC, vooral bij de occlusies SC en op zee
ook af en toe ST. Verder ST in de Limburgse heuvels in combinatie met
stuw. De ST moet op dagelijkse gang verdwijnen De SC-bewolking bij de
occlusie gaan breken door dagelijkse gang en subsidentie. In de middag
zien we echter ook het uitspreiden van CU tegen de inversie aan zodat
het waarschijnlijk niet heel zonnig wordt. We gaan ervan uit dan de zon
af en toe doorbreekt vanmiddag. Vanavond en in de nacht naar dinsdag
brede opklaringen, in het westen van de FIR geleidelijk een dik pakket
frontale bewolking met in het uiterste zuidwesten van de FIR toenemende
kansen op lage ST in de warme sector. De aanvoerrichting (westelijke
ingang Kanaal) heeft actueel lage ST/mist. Dinsdag overdag in het
zuidwesten mogelijk frontale bewolking, elders wat Cu.

NEERSLAG:
Bij de occlusie(-restanten) nog wat lichte regen of motregen door
coalescentie. Onder invloed van de subsidentie moet de activiteit er
vanochtend uitgaan. Harmonie36 laat ook vanmiddag nog wat lichte
neerslagsignalen zien, maar gezien de progtemps is dit (vrijwel)
onmogelijk. Verder droog

ZICHT:
In motregen nog teruglopende zichten, verder goed. In de nacht naar
dinsdag opklaringen en weinig wind, dus mistbanken gaan er zeer
waarschijnlijk ontstaan. De modellen laten dit ook zien. Aandachtspunt
is eventuele mist op/van zee in het zuidwesten van de FIR, maar wellicht
ook het zuidwestelijk kustgebied dinsdagnacht/ochtend.

TEMPERATUUR:
Bij instraling ligt de maximumtemperatuur een fractie hoger dan de
modellen, zoals gisteren ook het geval was.



Paraaf meteoroloog: berge
Bron: KNMI